Nguni-runderen zijn inheemse Afrikaanse runderen die bekend staan om hun culturele betekenis, veerkracht en opvallende vachtpatronen. Ze zijn klein, wegen 300-400 kg, hebben een wigvormig lichaam en een karakteristieke aflopende stuit voor gemakkelijke afkalving. Deze runderen werden door de Nguni-herdersstam naar Zuid-Afrika gebracht en zijn daarom cultureel en symbolisch van grote waarde, vooral in de Zoeloecultuur en het huidige Eswatini (voorheen Swazi-koninkrijk). 

 

Kenmerken en eigenschappen

  • Afmetingen en bouw: Ze zijn relatief klein, met een gewicht tussen 300 en 400 kg, en hebben een wigvormig lichaam met een prominente buik.
  • Afkalving: Het kenmerkende kenmerk van de aflopende stuit zorgt ervoor dat de afkalving gemakkelijker verloopt.
  • Vacht: De runderen hebben opvallende en kleurrijke vachtpatronen.
  • Hardheid: Ze zijn gehard door hun geschiedenis, waaronder het doorstaan van ziektes, wat hen veerkrachtig maakt. 

 

Culturele en historische achtergrond

Herkomst: De Nguni-koeien kwamen met de Nguni-herdersstam uit noordelijker gelegen gebieden van Afrika, langs de oostkust van zuidelijk Afrika, waar ze zich vestigden.

Symbolische waarde: Ze hebben een grote culturele en symbolische betekenis en vertegenwoordigen rijkdom en status, met name in de Zoeloe- en Swazi-culturen.

Mkhaya Game Reserve: Het Mkhaya Game Reserve in Eswatini werd oorspronkelijk opgericht als heilig land voor de bedreigde Nguni-rund en is nu een beschermd gebied dat mede door toerisme wordt gefinancierd.