De amoertijger (ook wel Siberische tijger genoemd) is de grootste katachtige ter wereld en heeft zich aangepast aan koude leefomgevingen in het Russische en Chinese Oosten met een dikkere, lichtere vacht en een vetlaag tot 5 cm. Het dier is solitair, gebruikt urine om territoria af te bakenen en zijn strepenpatroon is uniek voor elk individu, wat helpt bij camouflage. Amoertijgers zijn bedreigd door stroperij en leefgebiedverlies, maar er wordt samengewerkt om de populatie te behouden.
Fysieke kenmerken en aanpassingen
- Grootste katachtige: Mannetjes kunnen tot 2,8 meter lang worden en wegen gemiddeld 150 tot 250 kg, met een maximum van 465 kg bij een bekende zwaarste tijger.
- Dikkere wintervacht: De vacht is dikker en lichter van kleur om beter te camoufleren in de sneeuw en te isoleren tegen temperaturen die tot onder de -40°C kunnen dalen.
- Vetlaag: Een onderhuidse vetlaag van ongeveer 5 cm langs de flanken en buik beschermt tegen ijzige wind en kou.
- Unieke strepen: Elke tijger heeft een uniek strepenpatroon, vergelijkbaar met menselijke vingerafdrukken.
Leefwijze en gedrag
- Solitair: Tijgers leven solitair, behalve tijdens het jagen en het grootbrengen van jongen.
- Territoriumafbakening: Ze markeren hun territorium door te urineren, zodat andere tijgers weten dat het gebied bezet is. Mannetjes hebben grotere territoria dan vrouwtjes.
- Camouflage: De strepen helpen hen zich te verstoppen in het bos, zodat ze hun prooi onopgemerkt kunnen besluipen.
- Voeding: Ze zijn vleeseters en eten onder andere grote zoogdieren die soms wel twee keer zo groot zijn als zijzelf.
Voortplanting
- Draagtijd: De draagtijd is ongeveer 3,5 maanden.
- Nestgrootte: Meestal worden 2 tot 3 jongen geboren, maar dit kan variëren van 1 tot 7.
- Gedrag jongen: De jongen worden blind geboren en blijven ongeveer twee jaar bij hun moeder om te leren jagen en overleven.
Status en bescherming
- Bedreigd: De amoertijger is ernstig bedreigd door stroperij en aantasting van het leefgebied.
- Populatie: Hoewel het aantal in het wild is toegenomen ten opzichte van het dieptepunt in de 20e eeuw, is het nog steeds laag (enkele honderden).
- Beschermingsprogramma's: Diverse natuurbeschermingsorganisaties en dierentuinen werken samen aan het behoud van de soort.