Diamantratelslangen zijn giftige slangen die bekend staan om hun ratelende geluid, dat ontstaat door de schijfjes aan hun staart die bij het schudden tegen elkaar tikken. Ze jagen actief door hun gif toe te dienen, waarna ze de stervende prooi opzoeken met hun reuk- en warmtezin. Hun tanden zijn speciaal ontworpen om tijdens het bijten omhoog te komen en groeien snel aan als ze breken.
Kenmerken en gedrag
-
- Uiterlijk: Ze hebben een brede, driehoekige kop die duidelijk te onderscheiden is van hun lichaam. Hun naam danken ze aan de ruitvormige patronen op hun rug. De kleur varieert, maar is vaak grijs tot bruin.
- Ratel: De ratel aan het einde van de staart bestaat uit negen schijfjes die door vervelling steeds groter worden. Een pasgeboren slang heeft nog geen ratel, maar een klein dopje. Het geluid is niet altijd hoorbaar als de ratel nat is.
- Jacht: Ze jagen actief op prooien zoals knaagdieren en vogels. Ze spuiten gif in de prooi en wachten dan tot deze sterft, waarna ze de prooi opsporen met hun reuk- en warmtezin. Het gif werkt ook als verteringssap.
- Giftanden: Hun giftanden zijn flexibel en klappen naar achteren in, zodat ze niet afbreken tijdens het bijten. Ze kunnen snel nieuwe tanden laten aangroeien.
- Leefomgeving: Ze leven in droge tropische en subtropische bossen, struikgewas en savannes, vaak in de buurt van water. Ze kunnen goed zwemmen.
- Rustperiode: In de koudste en heetste periodes van het jaar houden deze slangen een rustperiode, oftewel een winterslaap en een zomerslaap.
Gevaar voor de mens
- Dodelijk gif: Het gif van de ratelslang kan voor mensen dodelijk zijn en tast bloed en weefsels aan.
- Defensief gedrag: Ze vallen liever aan dan dat ze vluchten, wat ze agressief maakt.
- Gedoseerd gif: Wanneer ze zich bedreigd voelen, injecteren ze vaak een kleinere hoeveelheid gif om zichzelf te beschermen en te bewaren.